Energie-Blog

André Jurres

Vorige week was ik uitgenodigd om een korte speech te geven bij het afscheid van dhr. André Pictoel, verantwoordelijke bij de Vlaamse energieregulator Vreg sinds het begin - zijnde 2001 - in de gebouwen van het Vlaams parlement. Op zo'n gelegenheid zie je natuurlijk veel mensen vanuit de sector, maar dat is logisch. Wat opviel was bijvoorbeeld de harde toon van de voorzitter van de raad van bestuur van de Vreg over zijn eigen voogdij minister mevrouw Turtelboom. Het woord voogdij is natuurlijk al misplaatst voor een regulator gezien deze volledig neutraal dient te zijn.

Minister Turtelboom wenst trouwens een aantal wijzigingen door te voeren door onder andere de regulator onder haar weg te halen en rechtstreeks aan het parlement te laten rapporteren. Op zich sta ik achter een dergelijke maatregel alleen had de voorzitter ook een punt dat men de goede zaken wel dient te behouden. Op zich is een raad van bestuur dan niet meer nodig, alleen wordt deze dan vervangen door een adviesraad met waarschijnlijk parlementleden in. Wellicht is een oplossing om ook een aantal bestaande bestuursleden mee op te nemen in de nog op te richten adviesraad.

Het streven naar absolute onafhankelijkheid voor de Vlaamse regulator Vreg door minister Turtelboom is lovenswaardig te noemen alleen dient men dit goed voor te bereiden. Tegelijkertijd zou minister Turtelboom ook aan het parlement moeten vragen om de slagkracht van de Vreg te verhogen voor zij deze gaat transfereren zodat de regulator meer machtsmiddelen heeft om in te grijpen wanneer nodig. De opmerking van afscheidsnemend directeur dhr. Pictoel dat de leveranciers onder druk staan (lees moeilijk levensvatbaar zijn met een marge van 0,3%) is dan ook een goede reden om de Vreg sterker te maken.

Dat er nog geen opvolger is, hoeft geen probleem te zijn, maar was wel beter geweest zodat deze goed ingewerkt kon worden door iemand die daar toch 14 jaar gezeten heeft. Gezien men verstandig heeft gekozen om ad interim een van de andere Vreg directeuren zo lang de algemene verantwoordelijkheid te laten nemen, heeft men wat tijd gekocht. Gezien de markt voor zeer grote uitdagingen staat zal men toch liefst een kandidaat dienen te vinden met ruime kennis van onze sector want het duurt te lang om de nodige kennis op te doen. Natuurlijk kan deze persoon wel steunen op een ervaren organisatie, maar een die ook onder druk staat vermits zij door de zesde staatshervorming veel verantwoordelijken heeft bij gekregen en niet van de minste.

In mijn eigen betoog keek ik eerst terug op de laatste veertien jaar waar ik als 38-jarige begon toen dhr. Pictoel net 51 jaar oud geworden was. Anekdotes genoeg, alleen kijk ik liever naar de toekomst want die kunnen we nog maken. Eén van mijn voorstellen voor de nieuwe directeur van de Vreg zou toch zijn om nu echt werk te maken van een vast tarief voor de netwerkbedrijven zodat deze verzekerd zijn van solidariteit (lees iedereen blijft bijdragen voor het netwerk zodat men ook voldoende middelen heeft om te blijven investeren). Aan de andere kant wordt het voor de klanten zo veel transparanter en eenvoudiger om hun factuur te lezen en te zien op welk deel er een vrije markt heerst (zijnde het product).

In de marge meldde ik ook wel dat er toch iets eigenaardig aan de gang is in de energiemarkt als een gereguleerd monopolie zoals netwerkbedrijven met gezonde bruto marges kan werken zonder noemenswaardige marktrisico's en dat de marktpartijen zoals leveranciers, producenten, handelaars zonder enige marge dienen te werken en eigenlijk met zwaar verlies verkopen. Dit is nogmaals geen aanval op de marges bij netwerkbedrijven, ook al dient men hier toch te blijven kijken of deze billijk zijn (normaal tussen de 4-6 % rendement en brutomarges onder de 15-20%) en er geen sprake is van een ontwrichte marktwerking. De bedrijven die in het gedeelte actief zijn waar er dus vrije markt is (leveranciers, producenten, handelaars) nemen bij iedere handeling risico's en als zij investeren is er geen enkele langetermijngarantie van rendement. Deze scheeftrekking is op termijn niet houdbaar en zelfs gevaarlijk voor onze bevoorradingszekerheid.

Dit geldt ook voor investeringen in duurzame energie (uitgezonderd zon) waar het huidige regime te veel gebaseerd is op produceren of anders geen inkomsten. Deze ratrace naar maximale output in een markt waar de groothandelsprijzen al laag zijn, zorgt voor een spiraal verder naar beneden. Ook zien we dat zelfs bij wijzigingen van het ondersteuningsbeleid dit gebeurt zonder voldoende inzichtelijke kennis waardoor men zelfs riskeert om nog meer productie te verliezen.

Volgende week meer over mijn ontmoetingen met een aantal middelgrote ondernemingen.