Energie-Blog

André Jurres

Nu alle partijen in Nederland hun verkiezingsprogramma hebben gedeeld en men in een rechte lijn is naar de verkiezingen later deze maand is het de moeite waard om te kijken waar de verschillen nog zitten of waar men vaak dezelfde zaken ziet terugkomen.

 

Bijna niemand durft de Parijs akkoorden in twijfel te trekken, buiten de Boerenpartij om die stelt dat het vasthouden aan 1.5 graad opwarming geen fetisj mag worden en 2 graden ook wel goed is.  Op zich is pragmatisme altijd goed, alleen speelt men hier toch een beetje met vuur.  Welke opwarming dan ook, de gevolgen gaan voor de generaties na ons zeer groot zijn.  Zelfs al slagen we erin om onder de 1.5 graad opwarming te blijven, dan nog gaan er structurele veranderingen komen in de leefbaarheid van de planeet.

 

De kans dat we 1.5 graad nog gaan halen is trouwens zo goed als nul, aangezien nieuwe inzichten ons nog minder tijd geven om onze broeikasgassen drastisch te reduceren.  Landen als China en India bouwen onder het mom van nu is het aan ons en het klimaat moet maar even wachten bouwen vrolijk nog meer kolencentrales.

 

Terugkomend op de verkiezingsprogramma’s zien we toch eerder gelijkenissen tussen de vele partijen die vooral een top-down oefening hebben gedaan en elkaar als papagaaien napraten.  Nederland gaat vrijwel zeker nieuwe grote en wellicht ook kleinere kerncentrales bouwen.  Sommigen noemen dit zelfs duurzame energie.

 

Dit gaat toch echt een brug te ver. Kernenergie heeft als grote voordeel dat er zeer weinig broeikasgassen worden uitgestoten (vooral bij de bouw, maar niet tijdens de werking) en kan zo bijdragen tot het verminderen van onze gehele uitstoot qua elektriciteitsproductie.  Probleem met kernenergie is dat we vrijwel geen idee hebben wat het afbreken gaat kosten (vooral weinig praktische ervaring), maar nog minder van de opslag over duizenden jaren heen en hoe klein de kans ook, bij grote calamiteiten is het onverzekerbaar en dus draait de samenleving op voor de kosten.

 

Kiezen voor kernenergie is en blijft een optie, maar vooral door het gebrek aan iets beters. Maar het verkopen als een groene en dus duurzame optie is pure kwakzalverij.

 

Over groene waterstof zijn vrijwel alle partijen het eens dat deze een rol zal spelen in het verduurzamen van vooral onze industrie en zware transportmodi.  In Nederland is er het besef dat om dit mogelijk te maken er ook eerst voldoende infrastructuur gebouwd dient te worden om waterstof te transporteren.  Ook de aanwezigheid van tankstations dient eerst uitgebouwd te worden alvorens de professionele transportsector de switch zal maken van fossiel (lees diesel) naar duurzame brandstoffen.

 

Dat al deze netten in publieke handen dienen te blijven lijkt me voor nu zeker een gewenste optie aangezien private monopolies eerst en vooral winst als oogmerk hebben, maar vooral omdat er zo geen eerlijk speelveld ontstaat waarbij iedereen op dezelfde voorwaarden zijn producten kan transporteren.

 

Opvallend is wel dat in al deze verkiezingsprogramma’s het woord besparing en energieverbruik terugdringen zo goed als niet aan bod komen.  Gezien het feit dat men hier tientallen percenten vermeden energieverbruik kan vermijden dient men hier veel meer aandacht voor te hebben.  Buiten isolatie is er niemand die er met een woord over rept, nochtans is minder energie verbruiken ook een kwestie van duurzamer te leven en spaarzaam om te gaan met energie.  Wordt vervolgd.