Energie-Blog

André Jurres

Onze kerncentrales met scheurtjes blijven beroeren want ook vorige week weer bleek dat deze groter zijn dan eerst gedacht - of toch in ieder geval dan eerst gecommuniceerd. Een kleinere partij aan de linkerkant (Groen) was er snel bij om moord en brand te roepen en te vragen dat er meer openheid komt. Op zich een terechte vraag, maar wellicht niet de juiste vraag: hoe komt het dat we iedere week iets nieuws horen over hetzelfde onderwerp? De meest waarschijnlijke uitleg over dit technische onderwerp is dat men nog nooit ervaring heeft kunnen opdoen met een dergelijk fenomeen. Dat maakt het niet minder erg, integendeel.

Men vergeet al snel dat de huidige kerncentrales de eerste en enige kerncentrales zijn die we ooit gebouwd hebben. Men bevindt zich dus op onbekend terrein en het ontbreekt gewoon aan vergelijkende ervaring. De enige instantie die met resultaten naar buiten mag komen is de FANC (nucleaire agentschap), zodra deze compleet en correct zijn. Communicatie in stukjes en beetjes gaat de zaak geen goed doen en inderdaad de indruk wekken dat we iedere week iets nieuws vernemen. Het gebrek aan alternatieven voor het wegvallen van deze grote kerncentrales betekent niet dat de honger om ze terug op te starten zeker zal afnemen naarmate het politieke draagvlak afneemt.

Ondertussen gebeurt er in de markt zelf weinig, de prijzen op de elektriciteitsbeurs zijn nog altijd op de bodem, nieuwe (vervangende) productie wordt allang niet meer aangekondigd (behalve duurzame productie) en achter de schermen wordt er duchtig met elkaar gepraat over hoe het verder moet. Positief te noemen is dat de Vlaamse minister voor Energie mevrouw Turtelboom een brief gaat sturen naar haar federale collega mevrouw Marghem om te verzoeken om het werk aan een energiepact aan te vangen. Nu is minstens zo belangrijk dat deze brief ook betekent dat de Vlaamse regering er ook aan gaat mee helpen wanneer gevraagd en samen de inspanningen delen.

Een mogelijke heropstart van deze twee centrales die samen 2000 MW vertegenwoordigen is weer iets moeilijker geworden, maar nog steeds het meest waarschijnlijke scenario. We hebben gewoonweg de komende winters geen alternatief om meer dan 15 % productie (effectieve output elektriciteit) te vervangen op een moment dat we al veel invoeren.

Neem daar de industrie bij die duidelijk heeft gemaakt dat ze Duitse prijzen willen voor hun elektriciteit en men zal nog meer in de richting gedwongen worden om deze centrales vrij te geven. Welk alternatief ook kan worden uitgewerkt voor binnen een aantal jaren: de investeringen zullen terugverdiend moeten worden. De gewenste 30-35 euro per MWh staat zo ver van de huidige kosten om een MWh te kunnen produceren (voor kernenergie geschat op 109 euro /MWh, voor gascentrales 60 euro/MWh, kolencentrales zijn vanuit milieu- oogpunt gewoon geen optie), dat harde keuzes, in welk plan dan ook, zullen moeten gemaakt worden.

Onze 1500 grootverbruikers die samen goed zijn voor ongeveer 50 % van het elektriciteitsverbruik in België moeten mee genomen worden in een oplossing die hun concurrentiepositie niet verzwakt ten opzichte van onze buurlanden. Het probleem met deze eilandstelling (zonder dus rekening te houden met andere factoren) is dat het niet is omdat de buurlanden veel te lage prijzen hebben - en eigenlijk de prijs dus subsidiëren - dat dit de juiste weg is. Iedereen beseft dat als men te weinig betaalt voor iets, dat iemand anders de rekening krijgt. Nergens trouwens duidelijker zichtbaar dan in Duitsland waar de gezinnen gemakkelijk 30 cent per KWh betalen, wat grofweg 5 tot 8 keer duurder is dan de industrie. Deze maatschappelijke keuze wordt daar tot nu toe gedragen maar men begint zich te roeren. Nu wordt al snel met een beschuldigende vinger gewezen naar de EnergieWende door de introductie van ondersteuningssystemen (feed-in) voor groene stroom, alleen vergeet men dat we al decennia lang hetzelfde doen voor onze industrie. Meten met twee maten en gewichten.

Natuurlijk kost de wisseling naar nieuwe duurzame technologieën geld, maar dat is evenzeer het geval voor andere oplossingen zoals het bouwen van nieuwe kerncentrales (waarvan de investeringskost nog veel hoger is, maar deze produceren wel basislast energie). Dat de Vlaamse minister Turtelboom overweegt om het subsidiesysteem voor zon, waterkracht en wind drastisch te wijzigen door een investeringssteun bij het begin in plaats van continue te ondersteunen per geproduceerde MWh, zou kunnen werken, maar hoe sneller dit duidelijk wordt, hoe beter.

Voor de andere vormen van duurzame energie/opslag zoals biomassa, biogas, opslag via waterstof, en WKK's, zal men toch naar een ondersteuningssysteem dienen te gaan vergelijkbaar met degene die we vroeger hadden (het huidige nieuwe systeem werkt niet), maar een variant zoals in Nederland kan ook. Daar werkt men met een dynamisch ondersteuningssysteem: dit betekent dat als de elektriciteitsprijs stijgt, de subsidie daalt en andersom, maar men is wel zeker van een bepaald rendement. Door de continue lage elektriciteitsprijs ontbreekt er in het Vlaamse systeem nu 12-15 euro per MWh en dat heeft zijn effect nu al, niet alleen door het failliet van vele kleine opwekkers van WKK's, biomassa of biogascentrales maar ook door de stop van de ontwikkeling van nieuwe centrales.

Alleen wind wordt nog wat gebouwd, maar het potentieel in zijn huidige vorm zal snel zijn limieten bereiken daar we in Vlaanderen nu eenmaal niet veel goede locaties hebben voor grote molens. Daar we nog geen langetermijnstrategie hebben, ontbreekt het ook aan ondersteuning voor wind en zon via bijvoorbeeld opslag. Zonder opslag hebben deze technologieën nu al bijna hun plafond bereikt (zeker als je de offshore-parken erbij telt) want anders gaan we op windrijke dagen vele MW uren gewoon voor niks produceren (lees: deze gaan gratis de grens over). Wordt vervolgd.