Energie-Blog

André Jurres

Steeds meer landen springen op de kar van groene waterstof, Nederland, Duitsland, Portugal, Japan, etc.  De lijst wordt snel langer en overheden en bedrijven publiceren het ene na het andere persbericht en studies.

Voor Nederland verscheen deze week een studie die nogmaals aanduidde waar de hot spots zich bevinden voor mogelijk toekomstige grote groene waterstof productie.  Mogelijk want er moeten nog wel wat randvoorwaarden komen om al dit moois mogelijk te maken. 

In de eerste plaats dient er voldoende groene stroom aanwezig te zijn gezien elektrolyse een zeer energie intensief proces is dat per 100 MW ongeveer 800 GWh jaarlijks nodig heeft, toch zeker als je uitgaat van een werking gedurende 8000 uur per jaar.

De behoefte aan waterstof vandaag en in de toekomst is zeer groot, vandaag verbruikt een land als Nederland in haar industrie al zo’n 1.5 miljoen ton waterstof per jaar en dit door een zeer beperkt aantal bedrijven in de petrochemie.  Voor België geldt grosso modo hetzelfde, ook hier kunnen we spreken van een zwaartepunt in de havens waar tevens veel petrochemische bedrijven aanwezig zijn. 

Er ligt niet voor niets al decennia een groot pijpleidingennetwerk (in privé handen) door  Nederland en België om deze bedrijven te bevoorraden als ze geen eigen lokale productie van grijze waterstof hebben.  Vandaag zorgt vooral aardgas voor de productie van deze waterstof.

Alle bedrijven willen graag overschakelen naar groene waterstof, alleen is het verschil in kost nog te groot.  Door de bijna gratis prijs van aardgas vandaag zal dit nog lange tijd zo blijven zolang Europa en de rest van de wereld geen echte prijs gaat aanrekenen voor iedere ton CO2 uitstoot.

Terugkomend op de ambitie van diverse landen om over te schakelen op de productie van groene waterstof, valt op dat er een tsunami is van aankondigingen en zonder uitzondering of enige terughoudendheid worden enorme getallen gebruikt.  De Giga Watt(GW) worden met een spreekwoordelijk gemak omschreven alleen lijkt me de onderbouwing nog enigszins te ontbreken.

De hoeveelheid groene stroom die men nodig heeft voor de bouw van 1 GW elektrolyse apparatuur gaat al snel naar de 8TWh groene stroom productie per jaar.  Dit is als je uitgaat van een productie aan 8000 vollast uren per jaar.  Buiten de investeringskost om 1 GW elektrolyse te bouwen is er ook technisch nog geen sluitend antwoord. 

Aan de andere kant is het ook een kwestie van de vlucht vooruit nemen en je ambitie uitroepen in de overtuiging dat de techniek wel zal volgen, een beetje zoals President Kennedy die begin jaren zestig zei dat voor het einde van dat decennium er een mens op de maan zou staan.

Met de huidige prijzen voor elektrolyse machines zit je al snel aan 1 tot 1.2 miljard Euro als investering en dat is dan nog klein bier vergeleken de 8 GW windmolens op zee wat nog eens een veelvoud van dat bedrag betekent en waar je dan ook tegelijkertijd mag aan beginnen.  En toch moeten we geloof hechten aan deze ambities zonder onderbouwing want we moeten durven springen naar een nieuwe duurzame toekomst voor onze energiebehoeften.

Wellicht is het tijd om eens te gaan rekenen hoeveel groene waterstof we gaan nodig hebben als we naast de industrie(in de Benelux alleen al 2-3 miljoen ton per jaar) ook de staalindustrie en de zware transportsector (schepen, vrachtwagens en vliegtuigen) van groene waterstof moeten gaan voorzien. Zodat we tegen 2050 effectief voldoende duurzame brandstof hebben.

Natuurlijk hoeven we niet alles lokaal te produceren (gaat ook niet lukken) en kunnen we uitwijken naar gebieden in de wereld waar ruimte aanwezig is om in een andere schaal te kunnen denken.  Duitsland heeft met zijn recent aangekondigde ambities in groene waterstof naast de eerste 7 miljard Euro ook een akkoord bekend gemaakt om in Marokko grootschalige projecten te gaan uitbouwen. Deze gaan mee instaan voor onze toekomstige behoeften in groene waterstof.

Terugkomend naar de Benelux en kijkende naar België zien we vooral de privé sector acteren, zowel in de Antwerpse haven waar bedrijven de handen in elkaar slaan als in Zeebrugge waar Eoly/Colruyt samen met Fluxys een project aangekondigd hebben om groene waterstof te gaan produceren.

Het is positief dat bedrijven zich verenigen en de eerste mogelijk grote groene waterstof fabrieken gaan bouwen. Hopelijk gaan we ook zien dat onze universiteiten en technische hoge scholen een versnelling hoger gaan om technisch geschoolde experts te gaan opleiden in alle mogelijke toepassingen in waterstof, zodat wanneer de bedrijven effectief beginnen uit te rollen er ook voldoende operationele kennis aanwezig zal zijn.

Ook zelf werk ik mee aan de haalbaarheid van een project waar binnenkort al iets meer van zal bekend gemaakt worden en de productie van groene waterstof mag men wel gaan beschouwen als één van de belangrijke bouwstenen in de toekomstige energiemix.  De critici die vandaag terecht vragen stellen bij de efficiëntie van het maken van groene waterstof, vergeten vaak dat wat we al decennia doen in de fossiele industrie vaak geen betere efficiëntie laat zien met dan daarboven op nog een maatschappelijke kost die we eigenlijk niet kunnen betalen: namelijk de vernietiging van het milieu en het klimaat. 

Kijken we tien jaar terug in de tijd naar zon en wind en men ziet vandaag dat niet alleen de prijs per KW op een niveau is gekomen dat subsidie bijna niet meer nodig is en de rendementen per windmolen met factor zeven omhoog is gegaan. 

Groene waterstof mag men niet alleen vergelijken met de huidige brandstoffen, maar vooral zien als drager van een onmisbaar deel van een duurzame energie.  Met name het instaat zijn om voor langere termijn te kunnen opslaan en ook in de staal en petrochemische industrie een vervanger te worden voor de huidige fossiele brandstoffen zal als zodanig de CO2 voetafdruk van deze bedrijven gigantisch verkleinen.