Energie-Blog

André Jurres

Afgelopen week verscheen er in de Tijd een interessante berekening over de impact van het per direct afschaffen van ondersteunende maatregelen van de federale overheid voor duurzame investeringen. Per direct wordt de terugverdientijd voor een zonneboiler maar liefst van 18 naar 30 jaar teruggebracht. Een termijn die niet direct de beslissing om een zonneboiler aan te kopen zal motiveren. Voor zonnepanelen komt er in een keer vijf jaar bij en zal bij het terugbrengen van de subsidie van 20 naar 15 jaar ook daar de terugverdientijd te lang worden om dergelijke investering nog in overweging te nemen.

Nu kan het zijn dat men gokt op het feit dat de prijzen voor dergelijke producten wel zullen blijven zakken, maar een gok blijft een gok natuurlijk. Het stilleggen van de verkoop van duurzame toepassingen, zoals zonneboilers met de hoop dat het product dan wel snel goedkoper zal worden, zorgt niet voor de continuïteit die nodig is op dit ogenblik. Hopelijk zullen de gewesten dit snel opnemen en voor een nieuw beleid zorgen dat de nog jonge sector in leven houdt. Zelfs bij schaarse middelen kan men beslissen om in ieder geval tijdelijk een bepaalde quota of doel jaarlijks vast te stellen met deze producten.

Ook de ontwikkeling van groengasinstallaties blijft onbestaande ondanks het bestaan van een kader in beide gewesten. In Wallonië zijn er wel enige projecten die injectie van groen gas aan het overwegen zijn of aan het voorbereiden zijn, maar of deze er ook effectief gaan komen of wanneer is nog niet zeker. Hiervoor ben ik onlangs trouwens nog zelf naar een regulator gegaan om hem duidelijk te maken dat er iets schort aan de ontwikkeling van groengasprojecten of toch in ieder geval in de overweging om groen gas te injecteren in het Fluxsys-net in plaats van er groene stroom van te maken.

Het potentieel ligt hier nog volledig braak en zoals al eerder geschreven gaat het hier om verschillende BCM's (miljarden kubieke meters) gaspotentieel op termijn waardoor België minder afhankelijk wordt van import. Import die nu goed is voor zowat 100% gezien we zelf in het land geen gasvelden hebben. 10% van onze toekomstige gasbehoeften uit groen gas halen is een realistisch doel over een termijn van 15 tot 20 jaar, maar dan zal de sector in overleg dienen te gaan met de beleidsmakers en zal er een goed investeringsbeleid goedgekeurd dienen te worden.

Dat de duurzame sector in Vlaanderen zenuwachtig rondloopt, behoeft geen verrassing te zijn, daar het uitblijven van de al lang aangekondigde wijzigingen in het ondersteunend (lees subsidie) begint te wegen. Dan krijgt men natuurlijk speculaties en een van de geruchten in de sector is dat de termijn voor ondersteuning voor bijvoorbeeld wind en biogas projecten beperkt zou worden tot tien jaar. Als men dit als realiteit zou zien en per direct zou invoeren dan kan men per direct een grote streep trekken door de meeste projecten in ontwikkeling. Is het dan niet mogelijk op termijn om bijvoorbeeld slechts tien jaar te ondersteunen? Waarschijnlijk wel, maar vandaag is dit onmogelijk door diverse redenen, welke?

-    De huidige elektriciteitsprijs is zo laag dat zelfs met de huidige ondersteuning veel projecten gewoon niet haalbaar zijn.

-   De groothandel in groenestroomcertificaten is zowat stilgevallen door een overaanbod waardoor de prijzen ook hier onder druk staan en men dient terug te vallen op de gegarandeerde overheidsprijs die gewoon te laag is om nog winst te maken.

-  Gezien de kredietcrisis is financiering van projecten gewoon moeilijker en dient er meer eigen vermogen te voorzien te worden waardoor de rendementen nog meer onder druk komen te staan.

-  De nog jonge sector bestaat alleen maar uit lokale of kleine duurzame producenten die niet de middelen hebben zoals de voormalige monopolisten om uit hun bestaande kasstromen te putten om het dan maar 100% zelf te financieren.

-  Voor biogasprojecten speelt ook bijvoorbeeld de kost van de grondstof/brandstof mee die eerder een stijgende tendens vertoond dan een dalende en dit zal ook moeten gecompenseerd worden.

Dat onze Vlaamse minister van energie, mevrouw Freya Van den Bossche vá³á³r de zomer van vorig jaar al heeft aangekondigd dat het hele systeem voor duurzame productie wordt herzien kan positief zijn als men als doel heeft om een stabiel en goed investeringskader te bouwen tegen de meest optimale kost. Nu, meer dan een half jaar verder, is er jammer genoeg nog niet gecommuniceerd en dat is gewoon te lang. De gesprekken met sectorgenoten wijzen allemaal in dezelfde richting en dat is de wens en eis tot duidelijkheid. Zo niet dreigt men om een van de weinige positieve lichtpunten in onze energiesector aanzienlijk te vertragen op een moment dat onze economie alle zeilen dient bij te zetten.